Executiemogelijkheden
Notas studiedag
Overdraagbaarheid
Eenheidsbeginsel (zakenrecht)
Goed moet vatbaar zijn voor overdracht. Een aanhorigheid/bijzaak kan niet apart worden verkocht. Het is bv ook niet mogelijk een erfpachtrecht op een deel van een gebouw te vervreemden indien er geen basisakte werd opgemaakt. Kan ook niet zonder medewerking van schuldenaar/andere eigenaars worden opgemaakt. Notaris maakte een fout bij de vestiging wegens miskenning eenheidsbeginsel.
Onoverdraagbaar uit aard.
Sommige rechten zijn ook niet overdraagbaar. Zakelijk recht van bewoning (thans wettelijk vermoeden van onoverdraagbaarheid voorzien - art 3.138 BW). Ouderlijk vruchtgenot. Onoverdraag wegens geen economische waarde. Verbintenis om in onverdeeldheid te blijven (beperking 5 jaar). Verklaring van onbeslagbaarheid gezinswoning. Lijfrente om niet (art 1981 oud BW) indien bedongen, dit enkel voor reeds bestaande schulden.
Gebondenheid schuldeisers door overeenkomsten
Conventionele terugkeer
Artikel 4.172 BW. Conventionele terugkeer doet alle vervreemdingen teniet gaan, en de goederen keren terug vrij van alle lasten. Soort van ontbindende voorwaarde. Het is mogelijk dit optioneel te formuleren. Zowel fiscaal als burgerrechtelijk werkt ook de optionele conventionele terugkeer als een onvoorwaardelijke ontbindende voorwaarde (Cass. 14 oktober 2021).
Verzaking aan een conventioneel recht van terugkeer zou volgens meerderheid van rechtsleer ook onderhands kunnen, of impliciet blijken. Verzaking kan volgens meerderheid rechtsleer eenzijdig. Thans wettelijk geregeld in artikel 5.145 BW - partij in wiens voordeel een voorwaarde werd bedongen kan er eenzijdig aan verzaken.
Indien een conventionele terugkeer pas nadien, nadat het eigendom onvoorwaardelijk werd overgedragen, wordt overeengekomen, werkt dit niet onbindend. Geen probleem bijgevolg voor de schuldeisers die uitwinnen (tenzij het om een louter materiele rechtzetting gaat, maar dit lijkt onwaarschijnlijk).
Optie is het ontbinden van de eerste schenking met onderling akkoord. De ontbinding kan in bepaalde gevallen belastingvrij gebeuren (zie VB 19048 en 22048).
De terugwerkende kracht van de conventionele terugkeer (art 4.172 BW lex specialis) zou voorgaan op de regel uit artikel 5.147 BW dat thans voorschrijft dat de ontbinding uitwerking heeft voor de toekomst.
Herroeping schenking echtgenoten.
Art 4.240 BW. Werkt als ontbindende voorwaarde. Met terugwerkende kracht. Pas einde bij overlijden van de schekende echtgenoot (kan nog worden uitgeoefend na overlijden van de begiftigde echtgenoot). Na echtscheiding kan worden verzaakt. Tijdens huwelijk kan verzaking niet - van openbare orde.
Artikel 3.17 BW stelt evenwel dat de gevolgen voor derden ter goede trouw relatief zijn bij abnormale beeindigingsgronden. Wanneer is beeindigingsgrond abnormaal?
- kon men anticiperen op de voortijdige beeindiging? (goede trouw)
- derde mag geen schuld treffen voor beeindiging (mag niet mee aan grondslag beeindiging werken). Normaal zal bij herroeping schenking aan deze voorwaarde zijn voldaan.
Indien de schenkingsakte werd overgeschreven (onroerende goederen) zal de derde niet ter goede trouw zijn (deze kon op de hoogte zijn van de broosheid van de titel). Deze zal in dat geval de ontbinding wel moeten ondergaan. Ook voor schuldeisers is dit van belang.
Ook bij deze herroeping werkt de ontbinding standaard retroactief, waarvan partijen kunnen afwijken indien bedongen. Volgens auteur speelt de wettelijke zakelijke subrogatie (art 3.10 BW) niet, bij bvb schenking van gelden waarmee een onroerend goed wordt aangekocht. Dit rekening houdende met de subsidiariteitsvereiste van de zakelijk subrogatie, daar een verbintenisrechtelijk vordering nog mogelijk is. Ook indien de zaakvervangingen in de schenkingsakte zelf werd opgenomen (waardoor de subsidiariteitsvereiste niet van toepassing is) keert de geschonken geldsom zelf niet terug (betaald aan verkoper) maar het onroerend goed zelf.
Herroeping wegens ondankbaarheid
Art 4.174 BW. Kantmelding vereist. Tenietgaan van de door de schenking gevestigde zakelijke rechten overeenkomstig artikel 3.17. Gevolgen dus gelijk aan de gemeenrechtelijk ontbinding van de overeenkomstr wegens toerekenbare niet nakoming. Herroeping werkt ex nunc ten aanzien van derden ter goede trouw artikel 5.95 BW. Nodig is wel dat de inschrijving van van voorrechten dateert van voor de overschrijving van de eis tot herroeping als kantmelding. Vordering is eerder gelijk te stellen met gemeenrechtelijke ontbindingssanctie.
Ontbinding wegens niet uitvoeren lasten
Artikel 4.173 BW. Wijkt af van gemeenrechtelijke ontbindingssanctie. In casu ontbinding ook mogelijk indien het niet uitvoeren gevolg is van overmacht of toeval. Ontbinding niet mogelijk indien uitvoering last onmogelijk werd gemaakt door de schenker of een derde. Ook last in voordeel van de begiftigde zelf kan in aanmerking worden genomen. Zie ook artikel 5.107 aangaande de verzaking aan de last in voordeel van een derde (enkel mogelijk indien deze derde de last nog niet heeft aanvaard).
Buitengerechtelijk ontbinding van de schenking
Schuldeiser kan vervolgen wegens toerekenbare niet nakoming van de overeenkomst. Ook anticipatieve ontbinding overeenkomstig artikel 5.90 BW is mogelijk. Deze ontbinding werk standaard wel retroactief. Ook hier is bescherming voor derden ter goede trouw door verwijzing naar artikel 3.17 BW. Tijdig kantmelden van de vordering is dus van belang. De kantmelding is enkel vereist indien er geen ambtshalve inschrijving werd genomen.
Ambtshalve inschrijving
Belangrijk: schuldeiser is separatist. Bijzonder voorrecht. Ook inschrijving voor max 3 jaar intrest is mogelijk. Daarnaast houdt de ambtshalve inschrijving ook het recht om tot ontbinding over te gaan, dit is tegenwerpelijk aan derden. De ontbinding werkt retroactief. Ook is na het verlijden van de akte het nog mogelijk hiervoor een inschrijving te nemen. Deze zal dan wel rang krijgen op datum inschrijving.
Lossingsrecht
Lossingsrecht is opgenomen in artikel 28 hypotheekwet. Derden kunnen ontbinding tegengaan door de schuld te voldoen ten opzichte van zij welke het voordeel van de ambtshalve inschrijving genieten. Er ontstaat van rechtswege subrogatie in voordeel van de derde welke deze schuld voldoet overeenkomstig artikel 5.220 BW, wat betreft rang en positie.